Geschreven op 5 januari 2016. Ik vermoed het nog steeds.
Ik vermoedde het al. Nadat we zondag 4 januari 2015 De Kleine Komedie uitstapten – we waren bij het nieuwjaarsconcert van Het Nieuwe Lied geweest – vermoedde ik al dat dit de mooiste theateravond van het hele jaar zou worden. En verdomd, of ik gelijk had. Natuurlijk, de avond met Van der Laan en Woe was tamelijk fantastisch en ook de dag dat we naar Yentl en de Boer gingen werd vrij memorabel. Maar toen we 4 januari 2015 De Kleine Komedie uitstapten, zeiden we al tegen elkaar: “volgend jaar weer”.
4 januari 2016, een maandag. Drie keer raden wie er intens gelukkig in een propvolle zaal op een stoeltje zat. Peter van Rooijen, Yentl en de Boer, Maarten Ebbers, Jeroen Woe, stuk voor stuk was iedereen van Het Nieuwe Lied steengoed. Om over de magische combinatie nog maar te zwijgen. Een prachtige Bende van Elf.
De associatie met De bende van Vier komt niet uit de lucht vallen. Samen solo in De Kleine Komedie is blijkbaar om te janken zo mooi. Wanneer ik aan de bar sta me een glas in mijn hand, wanneer ik opsta voor de staande ovatie en zelfs wanneer ik de trap afloop naar de wc – een onopvallend knikje naar meneer Van Roozendaal – voelt het kloppend. De mooiste theateravond van het jaar, ik vermoed het al.