Wim Helsen. Je moet je voorstellen dat ik die naam half verzuchtend, half vastberaden uitspreek. Verzuchtend uit een soort bewondering, vastberaden alsof het niet nodig is meer te zeggen. Alsof alleen al het noemen van zijn naam genoeg is en het meteen duidelijk is wat ik bedoel. Wim Helsen. Die man.
Dit lijkt misschien een liefdesverklaring, maar dat is het ook. Ik heb alle voorstellingen van Helsen gezien, waarvan de laatste twee in het theater. Hij is een meester in de combinatie van absurdisme en ontroering. Hallo, hij maakte een voorstelling met de titel Het uur van de prutser. Dat is bijna net zo’n mooie titel als De helaasheid der dingen.
Zijn nieuwe voorstelling Er wordt naar u geluisterd is opnieuw absurd en opnieuw ontroerend, maar toch anders dan de eerdere. Het is rustiger. En ongemakkelijker. De setting is een begrafenis en biedt ruimte aan een voorzichtig begin. (De mensen die al vanaf het begin zaten te lachen zijn af! Die moeten weg.) Natuurlijk loopt alles steeds volledig tot het absurde uit de hand, maar steeds keer je weer terug naar het ongemak, in het begin vergezeld van irritatie, aan het einde van ongegeneerd medelijden.
Kijk, mij heb je al snel hoor. Hij hoeft maar op een licht afwijkende manier het podium op te wandelen en ik ben verkocht. Maar serieus, deze voorstelling. Wim kan je ontzettend ongemakkelijk laten voelen en je vervolgens ontroeren met het meest belachelijke dansje dat je ooit hebt gezien.
Aan het eind hield ik van The Guido. Van de uitvaartleider. En van Wim Helsen.