Bij nader inzien – Kwestie Gijp

Ik heb er nog even over nagedacht, en ik wil toch iets schrijven over wat in mijn hoofd inmiddels ‘Kwestie Gijp’ heet. Over René van der Gijp die bij Voetbal Inside voor de grap deed alsof hij voortaan als vrouw door het leven ging, en vooral over de discussie die daarna ontstond. Het is niet dat ik per se de tienduizendste wil zijn met een mening, maar er zijn volgens mij een paar punten in de discussie die van belang zijn. Bij nader inzien wil ik dat toch kwijt. Het is geen gestructureerd betoog. Wel negen punten.

Punt 1: Vooraf

Laat ik vooropstellen dat ik René van der Gijp een gigantische lul vind. Ik vind het van geen enkele smaak getuigen om een zo kwetsbare groep in het algemeen (transgenders) en zo’n kwetsbaar persoon in het bijzonder (Bo van Spilbeeck) belachelijk te maken. Dat is mijn korte mening.

Punt 2: Maar vrijheid van meningsuiting

Er is een belangrijk onderscheid tussen wat ik vind dat je mag zeggen (eigenlijk alles, zolang je de ander niet fysiek bedreigt) en wat ik vind dat je moet zeggen (veel minder, want rekening houden met kwetsbare groepen). Ik vind dat René van der Gijp de grap mocht maken. Maar ik vind ook dat hij het niet had moeten doen. Dat sluit elkaar niet uit. Het discussieverloop ‘Wat een misselijkmakende grap!’ ‘Maar vrijheid van meningsuiting’ is raar, want de uitspraken gaan niet op elkaar in. Volgens mij kun je los van de vraag of iets mag, heel goed bediscussiëren of iets fatsoenlijk is. Het oordeel ‘niet-fatsoenlijk’ mag echter nooit de reden zijn de vrijheid van meningsuiting in te perken, of de uiting op een andere manier taboe te verklaren.

Nota bene, ik vind de term ‘fatsoenlijk’ moeilijk en lelijk. Maar ik weet niet goed hoe ik anders het onderscheid moet noemen.

Punt 3: Vrijheid van kwaad worden

Bovendien, het feit dat iemand de vrijheid heeft (en moet hebben) om kwetsende grappen te maken, houdt ook de vrijheid van anderen in om daar keihard tegenin te gaan. Dat heel progressief Nederland nu woedend over Van der Gijp heen valt is net zo goed toegestaan. En terecht.

Punt 4: Waarom ik vind dat hij de grap niet had moeten maken

Goede grappen maak je over mensen in hoge posities. Machtigen, meerderheden, mensen die er zelf voor gekozen hebben in een publieke functie te verkeren. Het heeft een functie hen te relativeren, te nuanceren, en zij kunnen het hebben. Grappen maak je derhalve niet ten koste van kwetsbare groepen, die het moeilijk hebben en die bovendien geen platform hebben om zich te verdedigen. Transgenders zijn een gigantische kwetsbare groep. De acceptatie is nog ver te zoeken, het aantal transseksuelen met suïcidale gedachten is hoog. Het heeft geen functie hen en hun problemen te relativeren. Het is wellicht grappig voor een paar mensen, maar pijnlijk en naar voor anderen. Anderen nodeloos pijn doen, dat doe je niet. Comedian Ricky Gervais heeft vaak gezegd: ‘It all depends on who’s the target of the joke. The bully or the one being bullied?’ (Met dank aan @floorbakhuys voor de quote bij dit inzicht.) 

Punt 5: De luizenmoeder

In de Kwestie Gijp is er weinig twijfel over het doelwit van de grap (althans, zie punt 7), maar in andere gevallen is het lastiger. Een veelgehoord argument van Gijp-verdedigers afgelopen week was ‘Maar waarom mag politiek incorrecte humor in De luizenmoeder wel en in VI niet?’ Met daarin, voor mij, doorklinkend: waarom rechtse RTL-presentatoren niet en linkse NPO-makers opeens wel? Ik begrijp die verontwaardiging. Maar, de analyses die De luizenmoeder politiek incorrecte humor toeschrijven, gaan voorbij aan het onderscheid in punt 4. De grappen gaan daar niet over minderheden (de donkere homo, het geadopteerde kind ‘met die oogjes’), maar over de mensen die daar in, in al hun onhandigheid, racistisch of anderszins uitsluitend mee omgaan (Juf Ank). Waarmee het doelwit van de grap faliekant anders is. (Wederom dank aan @floorbakhuys.)

Punt 6: Interpretatie

Wie of wat het doelwit van een grap is, is soms lastig te achterhalen. Dat maakt het moeilijk. Gaat het hier alleen om de intenties van de maker, of speelt de interpretatie ook een rol? Met andere woorden: wat als een deel van het publiek De luizenmoeder leuk vindt om de racistische grappen en voorbij gaat aan de diepere boodschap?

Punt 7: Al die toleranten

Wie is het doelwit precies van de grap van Van der Gijp? In de uiteindelijke grap zijn dat transgenders, of misschien Bo van Spilbeeck alleen. Zij worden geraakt (en gekwetst) door de grap, wat precies de reden is dat ik vind dat Van der Gijp de grap niet had moeten maken. Maar volgens mij komt de grap wel voort uit het afzetten tegen een wel degelijk machtige groep, namelijk de linkse,  hoogopgeleide, progressieve en o zo ruimdenkende intellectuelen. Zij die er te koop mee lopen verschrikkelijk tolerant te zijn tegenover bijvoorbeeld homo’s en transseksuelen. Die dat allemaal maar begrijpen. En die in het geval van een intolerante opmerking of grap onmiddellijk reageren met een opgeheven vingertje. Vaak verontwaardigd en diep beledigd. Voor de goede orde: ik ben zo iemand. En ik vind de boze reactie van ‘ons’ op intolerante uitingen verschrikkelijk terecht. Maar ik snap ook de afkeer van anderen, die langzaam het gevoel krijgen niks meer te mogen zeggen. Er zijn nu eenmaal mensen die moeite hebben met het idee van transgenders, die het moeilijk vinden om te begrijpen. En hoewel ik vind dat dat nooit mag resulteren in een grap die minderheden pijn doet, snap ik dat er grappen gemaakt worden die de spanning tussen hen en de tolerante vingertjes ontladen. De beschuldiging dat dergelijke grappen puur en alleen voortkomen uit diepe haat tegen iedereen die anders is, lijkt me daarom iets te kort door de bocht. (Ik zie nu dat Paulien Cornelisse een soortgelijke gedachte mooi en helder formuleert in haar column.)

Punt 8: Wel lachen

Ik vraag me af hoe en of mijn oordeel over of een grap wel of niet kan (dus los van vrijheid van meningsuiting) afhangt van hoe leuk de grap is. Als het een goede grap is, kan er dan meer? Of is dat inherent aan elkaar verbonden en kan ik per definitie niet lachen om een grap die ik in de kern ongepast vind?

Punt 9: Conclusie

Ik zou graag een conclusie schrijven, maar ik heb geen conclusie. Mijn belangrijkste punt: qua vrijheid van meningsuiting mag alles, maar dat geeft de tegenpartij het volste recht om er superkwaad op te reageren en het fatsoen van de ander aan de orde te stellen. Nooit echter om een uitspraak te bieden of taboe te verklaren. De vraag waar ik mee blijf zitten is hoever die kwade reactie mag gaan. Kun je zeggen dat VI van de buis moet? Oproepen tot een boycot? Moeten zenderbazen met Van der Gijp gaan praten? Moeten investeerders zich terugtrekken? Ik weet het niet.

Gijp is een lul. Dat boven alles. Maar dat is niet het enige waar mijn mening uit bestaat. Helaas passen de overige 1176 woorden niet ook in een tweet.

Ik overweeg een rubriek te beginnen met de titel ‘Bij nader inzien’, waarin ik gewoon standaard begin met ‘Ik heb er nog even over nagedacht’ en dan net iets te laat reageer op actuele kwesties. De vraag is of mijn drang dingen te zeggen die me van belang lijken het wint van het belang dat ik hecht aan vrijheid van meningsverzwijging. We zullen zien.

Leave a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *