Hoe corona onze taal heeft beïnvloed
Het jaar van corona. Het kan niet anders dan dat 2020 op die manier de boeken ingaat. Want hoeveel er ook is gebeurd (bosbranden, Beiroet, Biden, dingen met andere letters), corona was er altijd bij. Corona heeft een enorme impact gehad op de gezondheidszorg, de politiek, het persoonlijk leven van mensen, en ook: op de taal. Corona heeft onze taal veranderd.
Natuurlijk zijn er talloze nieuwe woorden ontstaan (anderhalvemetersamenleving, mondkapjesplicht, ellebooggroet), of woorden van jargon tot algemeen bekend geworden (besmettingsgraad, thuisquarantaine). De spellingscontrole zet nog onder de meeste van deze woorden een rood kringeltje, maar lang kan dat niet meer duren. Het Coronawoordenboek van de Taalbank geeft een bonte verzameling van bekende neologismen (corona-app) tot minder gebruikte coronawoorden (blotesnoetenland). Maar de veranderingen in de taal gaan verder dan de woorden.
The Big Rona
Corona. Corona. Corona. Als je niet al gek zou worden van de grote effecten ervan op samenleving, zou je wel gestoord raken van hoe vaak je het woord hoort. Misschien is het daarom dat mensen op zoek gaan naar alternatieven. In september appte een vriendin me: ‘Alleen verkouden of Rona denk je?’ Ik zie vaker dat soort ‘nicknames’ langskomen. Big Rona, the old Rona, (de) coroon, coroni, cor, roni.
Eerst werd ik een beetje ongemakkelijk van het contrast tussen de serieusheid van de ziekte en de speelsheid van de woordjes. Alsof de ernst van de situatie totaal ondermijnd werd. Maar daarin zit ook de kracht. Als het op 17 november precies een jaar geleden is dat de covidgeval ontdekt werd, schrijft iemand op Twitter: ‘Mooi uitgedost voor Miss Rona’s big birthday bash!’ Iemand anders beschrijft hoe ze op zoek was naar een baan, ‘but old rona has other plans lol’. Hier wordt de taal gebruikt om dat allesbeheersende corona even te relativeren tot een koddig begrip.
Het Irma-effect
Het gifje van Irma Sluis, waarin ze het woord ‘hamsteren’ vertolkt, heb ik volgens mij wel honderd keer voorbij zien komen. Bij de persconferenties was opeens een gebarentolk aanwezig, tot grote vreugde van velen. Vreugde van doven en slechthorenden, uiteraard, omdat dit als grote erkenning voelde voor bestaan en hun taal, maar ook vreugde van de rest van Nederland. De populariteit van gebarentolk Irma Sluis steeg tot zulke hoogte dat het internet niet uitgepraat raakte toen ze een keer afwezig was. Op social media werden gifjes gedeeld van leuke vertolkingen.
Op die bijna hysterische lol van velen kwam ook begrijpelijke kritiek. Irma en haar collega’s doen immers gewoon hun werk, en de Nederlandse Gebarentaal is geen gimmick, maar een echte taal. Toch heeft de populariteit veel goeds opgeleverd. Eindelijk is er een wet in de maak die de Nederlandse Gebaren officieel erkent, en de opleiding tot gebarentolk, die al jaren kampt met grote tekorten, kreeg maarliefst 42% meer aanmeldingen. Het Irma-effect, wordt het genoemd.
Sinds corona
Tenslotte is ‘in tijden van corona’, ook de betekenis van het woord corona zelf veranderd. Het begon ermee dat het bekend werd als naam van een ziekte. De officiële naam is uiteraard COVID-19 (Coronavirus Disease 2019), maar in het dagelijks taalgebruik lijkt corona de populariteitsstrijd gewonnen te hebben. Niet gek ook, want het is makkelijker en korter, en de kans dat iemand in verwarring is over wélk coronavirus je nou bedoelt, of dat je het misschien over het bier hebt, is nihil.
Daarnaast is de betekenis van het woord enorm verruimd. In het begin verwees corona alleen nog naar de ziekte, maar dat is inmiddels niet meer het geval. Nu hoor je mensen dingen zeggen als ‘het is corona’ of ‘sinds corona was ik mijn handen veel vaker’. Corona gaat daar niet over de ziekte, maar het verwijst naar de invloed die het virus op onze maatschappij heeft. Dat zie je ook aan woorden als coronababy, coronacorpulentie of coronakapsel. Die baby, de corpulentie en het kapsel komen echt niet door de ziekte, maar door de coronatijd waarin we leven, met alle maatregelen en gewoontes van dien.
In die betekenis heeft het woord corona zich ook in uitdrukkingen gevestigd. ‘In tijden van corona’ is binnen een jaar tijd een vaste uitdrukking – bijna een cliché – geworden. En soms zie ik zelfs een nieuwe zinsconstructie ontstaan. The Post Online kopte bijvoorbeeld: ‘Landelijke intocht Sinterklaas dit jaar GEHEIM, publiek niet welkom, want corona’. En de Groningse blog Sikkom: ‘IKEA Grunn weigert moeder met tweeling van één jaar oud, want corona’. ‘Want corona’, meer toelichting is er na een jaar doorspekt van coronanieuws blijkbaar niet meer nodig.
Dit artikel verscheen op zaterdag 12 december (in iets gewijzigde vorm) in het Dagblad van het Noorden en op 2 januari in de Leeuwarder Courant.